Welkom bij de Small Planted Tank

The best source for aquascaping
Micro en macro voedingstoffen:

Je leest vaak dat men het heeft over de micro's en de macro's. De primaire voedingsstoffen zijn de macro voedingsstoffen: NPK
NPK staat voor Nitrogen, Phosphorus, Kalium. In het Nederlands dus nitraat, fosfaat en kalium. Kalium word in het Engels aangeduid als Pottasium. Soms lees ik ook wel eens dat mensen het hebben over fosfor... Het gebruik van het woordje fosfor of fosfaat  hangt af van de context. Als je het hebt over mineralenhuishouding van plant, dier, bodem en water dan spreek je over fosfor.  Heb je het over bodemkundige aspecten en bemesting dan heb je het over fosfaat(verbindingen). Maar dit terzijde.

Deze macro's voeg je toe aan het water door 'chemische zouten': zoals kaliumnitraat (KNO3) en kaliumfosfaat (KH2PO4). Als je KNO3 toevoegt krijg je kalium en nitraat in het water en als je KH2PO4 toevoegt krijg je kalium en fosfaat in het water.
De meest gebruikte verhouding 10:1 (10 delen NO3 en 1 deel PO4). Dat wil trouwens niet zeggen dat het een vaststaand feit is dat je 10ppm NO3 en 1 ppm PO4 moet gaan nastreven! Waarom dat niet zo is zal ik in een ander topic beschrijven.
Er zijn nog meer macro's dan de NPK:
Koolstof, Zuurstof, Sulfaat, Calcium en Magnesium  behoren ook tot deze groep. De taak is nu om deze voedingstoffen in de volgende verhouding aan het water toe te voegen:
(volgens de EI methode, bij een bak met veel licht en veel CO2)

- NO3 | Nitraat = 25-30 ppm
- PO4 | Fosfaat = 2,5-3,0 ppm
- K    | Kalium = 30 ppm

Dit is de gemiddelde richtlijn die word gebruikt bij o.a. de Estimated Index en bij een inerte bodem


1 milligram poeder opgelost in 1 liter water produceert een concentratie van 1 "ppm". (parts per million) Het is veel gemakkelijker om over concentratie te praten dan in plaats van het aantal milligram. Want op die manier kunnen we twee bakken vergelijken ongeacht hun volume.
1 ppm in een 20 liter bak heeft precies dezelfde concentratie als 1 ppm in een 1000 liter bak.
Echter de 1000 liter bak heeft 50 keer zoveel gewicht in poeder erin opgelost (het heeft namelijk ook 50 maal de hoeveelheid water). Daarom gebruiken we altijd ppm als maateenheid.

Dan heeft u waarschijnlijk de vraag: hoeveel gram van bijvoorbeeld  K2SO4 (kaliumsulfaat) moet ik oplossen om aan 20ppm Kalium in het water te krijgen? Allereerst moet je een bepaalde concentratie oplossen en van die concentratie weer een aantal milliliters gaan toevoegen aan het water.
Je lost bijvoorbeeld 45 gram kaliumsulfaat op in 500 ml water. 25ml van deze oplossing op 100 liter water verhoogd de Kalium concentratie met 10ppm. Zo kun jezelf berekenen hoeveel je nodig hebt voor jouw bak.
Maar u moet ook begrijpen dat kalium ook aanwezig is in andere poeders. Als je KNO3 toevoegt krijg je zowel kalium als nitraat in het water. Daar moet je goed op bedacht zijn als je gaat experimenteren met poeders. Ergens anders op deze site vind u een aantal recepten voor plantenvoeding.

De verhouding in de macro's  kunnen onderling erg verschillen en die verhoudingen worden bepaald door het plantenbestand, de opbouw van de bodem, de hoeveelheid CO2 en de aangeboden hoeveelheid licht. Van alle bekende bemestingsrecepten, targets en samenstellingen die ik in kaart heb gebracht met het gebruik van aquasoil is het element kalium in verhouding het meest aanwezig. Met uitzondering van Tropica staan alle kalium waarden minimaal op dezelfde ppm als met die van de nitraat. In de meeste gevallen zijn de ppm zelfs hoger!

En daar houden beginners nog wel eens geen rekening mee als ze zelf hun poeders gaan samenstellen. De meeste hebben namelijk geen idee wat de targets NPK moeten zijn in een recept. Veelal maakt met gebruik van kaliumfosfaat en kaliumnitraat en gaan er automatisch van uit dat men hiermee genoeg kalium toevoegd. En meestal is dat dus niet het geval.

Micro voedinstoffen: de mineralen

De andere groep voedingstoffen die planten nodig hebben zijn 'sporenelementen' of tewel de micro's. En de reden dat deze voedingsstoffen micro's worden genoemd ligt niet aan het feit dat ze zo klein zijn; de plant heeft hier micro hoeveelheden van nodig. Het zijn kleine hoeveelheden van de volgende elementen:
ijzer (Fe) - mangaan (Mn) - zink (Zn) - koper (Cu) - boor (B) - molybdeen (Mo) - kobalt (Co) en nikkel (Ni)
De stabiliteit en geschiktheid van deze (gecheleerde) mengsels van micronutriënten voor de planten worden o.a. bepaald door de zuurgraad van het water (pH)

IJzer (Fe), kan in het algemeen niet lang in water beschikbaar zijn voor opname, omdat ze na verloop van tijd gaan 'uitkristalliseren'. En dan zijn ze niet meer beschikbaar voor planten die voeding via het blad opnemen. In dit geval gaat het ijzer neerslaan op de bodem waar het door de wortels tijdelijk kunnen worden opgenomen. Gelukkig zijn er stoffen, chelaten genoemd, die de micronutriënten (m.n. de metalen) voor langere tijd in oplosbare vorm kunnen houden zodat ze langer beschikbaar blijven voor planten die het opnemen via hun blad. Het meest gebruikte doseer regime bij veel scapers is: 3x per week de macro's en elke dag de micro's.


Cellulaire voedingsstoffen zijn voedingsstoffen die, in het geval van onvoldoende aanvoer van voedingsstoffen, van oudere naar jongere delen van de plant kunnen verhuizen. Omdat deze voedingsstoffen mobiel zijn, worden de zichtbare tekorten eerst zichtbaar op de onderste en oudere bladeren, en hun symptomen kunnen zowel lokaal als globaal zijn.
Immobile voedingstoffen daarentegen, verplaatsen zich van het ene naar het andere deel van de plant,  verschijnselen van een tekort zijn eerst op de onder- of bovenblad, en zijn meestal lokaal.
Een gedeeltelijke uitzondering op deze regel is zink (Zn), die slechts gedeeltelijk in de plant is aanwezig is, zodat de tekortsymptomen zich eerst voordoen op de middelste bladeren, en vervolgens geleidelijk zich uitbreid naar oudere en jongere bladeren.
Het maakt in de praktijk feitelijk helemaal niet zoveel uit welke soort/ merk microvoedingsstoffen je gebruikt. De meeste zijn volledig en als je elke dag deze micro's aan je bak doseert kan er eigenlijk weinig fout gaan.
In sommige micro's zit ook wel eens kalium verwerkt. Dan is het belangrijk dat je weet in welke hoeveelheid dit aanwezig is als jezelf je poeders gaat samenstellen. Maar als je gebruik maakt van de EI zijn deze waardes niet relevant omdat je elke week je bak reset met een waterwissel. Dit is hetzelfde bij het gebruik van commerciele 'kant en klare' voedingsproducten.

We moeten trouwens het hele verhaal over het tijdsbestek van beschikbaarheid van micro's voor de planten niet zo nauw nemen. De naam micro's houd in dat de plant maar micro hoeveelheden nodig heeft. Binnen een uur nemen de planten alles wat ze nodig hebben op aan micro's. De chelaten van de micro's die de plant niet opneemt zijn na verloop van tijd toch uitgewerkt en zal simpelweg als micro residu neerslaan.
Waar wel rekening mee gehouden moet worden is dat een ophoping van micro's (door structurele overdoseringen of te weinig waterwissels) plantproblemen kunnen veroorzaken. Met name Fe. Om macro voedingsstoffen hoef je jezelf niet zoveel zorgen te maken, het zijn juist de metalen die schade kunnen veroorzaken.

Micro's worden snel opgenomen via het blad. Als er 1x per week de micro's geeft gaan ze snel binden met andere stoffen en raken de micro's die niet direct worden opgenomen relatief snel hun chelaten kwijt. De kans bestaat dat je dus een tekort gaat oplopen. Daarom is het altijd beter om dagelijks de micro's toe te dienen.

Tot slot: een micro is een micro. Of je de sporen nu haalt van CSM, Tenso, Micromix, Profito of Flourisch maakt eigenlijk niet zoveel uit.  Het enige verschil zijn de (minimale) onderlinge verhoudingen, de prijs en het type chelaat wat voor het ijzer word gebruikt. En ijzer kan je in de regel 'altijd' extern aanvullen mocht dat nodig zijn.

Ik ben Corné - Passioneel Aquascaper - Friskijker - Kennispartner - Crohntje - Shihan - Koffiezetter - Vleugje Zen - Verzameld geluk

Copyright © 2018 Cornelius  - TSPT.nl   -   All Rights Reserved